Ieder team draagt alle waardensystemen tegelijkertijd in zich. De waardensystemen vullen elkaar soms aan, maar zijn soms ook strijdig met elkaar. De scores op waardensystemen geven de verdeling van waardensystemen aan, die in je team het meeste bij jou omhoog komen. De hoogste scores zijn dominant aanwezig. De scores hebben vooral een relatieve waarde.
Paars (normaal)
Veel Paars duidt op een typisch familiebedrijf. Er is een duidelijke oprichter van het bedrijf en over hem (soms haar) worden heldenverhalen verteld. De leider van de organisatie komt uit de familie of is gekozen door de familie. De beslissing over bedrijfszaken ligt altijd bij de leider, cruciale beslissingen worden aan de keukentafel gemaakt. Er hangen veel foto’s van de oprichter en belangrijke gebeurtenissen uit het verleden aan de muur. Er werken vrijwel alleen familieleden en vrienden die via-via bij het bedrijf zijn gekomen. Verjaardagen en bijzondere persoonlijke gebeurtenissen krijgen uitgebreid aandacht op het werk. Het bedrijf heeft een duidelijke link met het dorp of de buurt waarin het gevestigd is.
Rood (normaal)
Veel Rood duidt op een autocratisch team. Er is een duidelijke leider waar iedereen bang voor is of veel ontzag voor heeft. De leider beslist veel zelf en heeft de neiging zich overal mee te bemoeien. Alles moet meteen gebeuren, er hangt een constante sfeer van urgentie. Het tempo in het werk ligt hoog, mensen maken snelle en korte termijn beslissingen. Er heerst een macho sfeer, stoer doen over hoe hard je werkt is normaal.
Blauw (normaal)
Veel Blauw duidt op een bureaucratisch team. De leider is een betrouwbare persoon, die soms saai en kleurloos kan overkomen. Er is een duidelijke structuur (het typische harkje) en verantwoordelijkheden zijn scherp en duidelijk belegd. Er heerst een zekere rust in de organisatie, alles gebeurt netjes op tijd, er is weinig hectiek en er heerst een ‘negen-tot-vijf’ mentaliteit. Afspraak is afspraak, het niet volgen van een afspraak is een zonde. Het tempo in het werk ligt niet heel hoog, mensen gaan voor kwaliteit en werken gestaag de lijstjes af. Medewerkers zijn volgzaam en loyaal, trekken de autoriteit van hun meerdere niet in twijfel.
Oranje (normaal)
Veel Oranje duidt op een strategisch team. De leider is motivator en aanjager, heeft weinig geduld met emoties en gaat voor het eindresultaat. Er heerst een hectieke sfeer, vol optimisme en grote dromen. Multitasking is normaal. Iets niet kunnen is geen optie, alles is een uitdaging. Het tempo ligt hoog, mensen beslissen snel, maar gaan niet over lijken. Medewerkers werken hard, maken lange dagen en gaan daarna uit (“work hard, play hard”). Mensen zijn ambitieus. Opportunisme is normaal. De top is klein, dus het is “up or out”. Werkzaamheden zijn projectmatig en worden gemeten en geobjectiveerd. Regels en afspraken zijn nuttig, zolang de ondernemingsdrang niet wordt ingeperkt. Mensen zijn status gevoelig en uiten dat in hun uiterlijk (merkkleding, dure schoenen) en werkomgeving (nieuwste gadgets, grootste kantoor).
Groen (normaal)
Veel Groen duidt op een dienstbaar team. De leider is niet duidelijk herkenbaar qua kleding of status, maar gaat op in de groep. De leider is dienstbaar aan de groep en zorgt voor zijn/haar mensen. Er heerst een harmonieuze sfeer van rust en kalmte. Het werk is team-georiënteerd, mensen overleggen veel en delen ideeën en gevoelens. Beslissingen worden pas genomen als iedereen gehoord is, overleg kan lang duren, maar bij consensus gaat iedereen er voor 100% voor. Er is weinig tot geen onderlinge competitie, er is genoeg ruimte voor iedereen om zijn inbreng te geven en waarde toe te voegen. Er is een hoge tolerantie voor andersdenkenden, diversiteit wordt aangemoedigd.
Geel (normaal)
Veel Geel duidt op een zelfsturend team. Er zijn meerdere leiders die zich gedragen als gids. Medewerkers hebben vrije toegang tot informatie, gereedschappen en materialen. Teams zijn flexibel ingericht, zodat ze goed op veranderingen kunnen inspelen. Mensen worden gemotiveerd door leren en begrijpen, niet door bonussen of straffen. Er is veel diversiteit. Er wordt afgesproken ‘wat’ er gedaan wordt en ‘wanneer’, de medewerkers krijgen een grote mate van vrijheid over het ‘hoe’.
Mensen zijn gefocust op een gezamenlijk overeengekomen hoger doel. Mensen, technologie, natuur en procedures zijn onderling verweven en vormen een integraal onderdeel van de werkstroom. Conflicten worden opgelost met behulp van dialoog, luisteren en elkaar begrijpen is belangrijker dan een oplossing vinden.